De aardappelziekte Phytophthora verandert. Er zijn nieuwe stammen gekomen die agressiever zijn dan we voorheen gewend waren. De nieuwe stammen waar we momenteel vooral mee te maken hebben zijn EU-36 en EU-37. In de Benelux hebben we vooral met EU-36 te maken. Deze nieuwe stammen vormen meer vlekken en sporen en de vlekken groeien sneller.
De tijd tussen bladinfectie en het ontstaan van zichtbare sporulerende infecties is bij deze EU-36 stam één tot twee dagen korter dan bij oudere stammen. Dit betekent dat bij warm en vochtig weer de interval tussen bespuitingen verkort dient te worden.
Ontwikkeling Phytophthora populatie in Nederland
Onderstaande figuur laat een duidelijke toename van de agressievere stam EU-36 in Nederland zien in de afgelopen jaren (roze balken). In 2014 was dit slechts een paar procent, maar 2019 betrof dit 67% van de geteste Phytophthora populaties (N=141).
Figuur: Ontwikkeling van Phytophthora Infestans
Populatie in Nederland.
Bron: WUR en EuroBlight
Toelichting op figuur, gegevens 2019
- Roze (EU-36) – 67%
- Grijs (andere genotypen) – 21%
- Blauw (EU-13) – 7%
- Groen (EU-37) – 4%
- Bruin (EU-1) – 1%
Ontwikkeling Phytophthora populatie in België
Onderstaande figuur laat een duidelijke toename van de agressievere stam EU-36 in België zien in de afgelopen jaren (roze balken). In 2019 betrof dit 50% van de geteste Phytophthora populaties (N=133).
Figuur: Ontwikkeling van Phytophthora Infestans populatie in België.
Bron: WUR en EuroBlight.
Toelichting op figuur, gegevens 2019
- Roze (EU-36) – 50%
- Grijs (andere genotypen) – 15%
- Blauw (EU-13) – 8%
- Groen (EU-37) – 25%
- Bruin (EU-1) – 2%
Onderzoek naar effectiviteit Phytophthora-middelen
In 2019 is door Wageningen UR een onderzoek gedaan naar de effectiviteit van verschillende middelen tegen Phytophthora. Dit proefveld lag op de locatie Valthermond (Dr.).
Het proefveld werd beregend om de goede omstandigheden voor Phytophthora te creëren. De velden werden geïnfecteerd met de agressievere Phytophthora stammen. De ziektedruk werd dus kunstmatig opgevoerd om de middelen goed met elkaar te kunnen vergelijken qua sterkte.
Onderstaande grafiek geeft het percentage van de plant weer dat is aangetast door Phytophthora. Dit is een vergelijking tussen Zorvec NZeb (Zorvec + Mancozeb), Zorvec NTec (Zorvec + Gachinko), middel R. (mandipropamid) en middel I. (fluopicolide + propamocarb).
Middel R. en Middel I. zijn om de 7 dagen gespoten en de Zorvec NZeb en NTec om de 10 dagen.
Uit de resultaten blijkt dat het middel Zorvec zelfs met een langer spuitinterval een betere bescherming tegen Phytophthora gaf. Bij een normale druk beschermt Zorvec 10-11 dagen (i.t.t. 7 dagen bij gebruik van een standaard middel). Is de druk hoog en komt er veel nieuw blad bij, dan kan men met de standaard middelen terug moeten naar 4 (-5) dagen. Met Zorvec kan de teler dan op een 7 (-8) daags schema blijven.
Hierboven ziet u foto’s die genomen zijn bij het proefveld in Valthermond. Bij de veldjes met Zorvec zien we geen actief sporulend weefsel. Dus geen witte rand met vers schimmelpluis om de vlek. Bij de andere middelen was dit wel het geval. De schimmel had wel een poging gedaan om het blad te infecteren bij Zorvec maar zonder succes. Zorvec geeft dus een sterkere bescherming ondanks dat het met een drie dagen langer spuitinterval is toegepast.
Meer informatie over Zorvec?
Allard Jukema – Productmanager Corteva
E- mail: allard.jukema@corteva.com
Tel.: 06 – 2007 8675
Website: www.zorvec.nl