Landbouwers kunnen ook in 2021 equivalente maatregelen toepassen als alternatief voor de gebiedsgerichte maatregelen in gebiedstype 2 en 3. Ze kunnen kiezen voor niet-nitraatgevoelige teelten als hoofdteelt, wintergranen na nitraatgevoelige hoofdteelt, inzaai onbeteelde stroken of afvoer oogstresten.
Wat zijn equivalente maatregelen?
Landbouwers moeten in uitvoering van MAP 6 op percelen in gebiedstype 2 en 3 een aantal maatregelen toepassen om de waterkwaliteit te verbeteren. Voor het verplicht inzaaien van vanggewassen en het toepassen van verstrengde bemestingsnormen kunnen ze equivalente maatregelen inzetten.
Nieuw is dat aan de equivalente maatregelen een gewicht toegekend is, afhankelijk van de mate waarin ze stikstofverliezen beperken. De totale gerealiseerde reductie van de stikstofverliezen via de equivalente maatregelen moet even groot zijn als via het toepassen van de gebiedsgerichte maatregelen in gebiedstype 2 en 3.
1. Niet-nitraatgevoelige teelten als hoofdteelt
Niet-nitraatgevoelige teelten, zoals graangewassen, bieten, vlas, tijdelijk grasland of spruitkool, nemen efficiënt stikstof op en laten globaal lage nitraatresiduwaarden opmeten in het bodemprofiel. In de teelttabel vind je de volledige lijst van de niet-nitraatgevoelige teelten.
Een bedrijf dat voor deze equivalente maatregel kiest, is volledig vrijgesteld van zowel de verstrengde bemestingsnormen als van de vanggewasverplichting in de gebiedstypes 2 en 3. Deze maatregel kan niet gecombineerd worden met andere equivalente maatregelen of met de beheerovereenkomst waterkwaliteit.
2. Wintergraan na een nitraatgevoelige hoofdteelt
Het telen van wintergraan heeft verschillende milieu- en landbouwkundige voordelen. Die equivalente maatregel kan ingezet worden als alternatief voor de vanggewasverplichting in gebiedstype 2 en 3. In de teelttabel staat de volledige indeling van de nitraat- en niet-nitraatgevoelige teelten.
Als een landbouwbedrijf kiest voor deze equivalente maatregel, moet het na het telen van een nitraatgevoelige hoofdteelt, uiterlijk 15 november 2021 wintergraan inzaaien en aanhouden als hoofdteelt in 2022.
3. Inzaai onbeteelde stroken
Bij bepaalde teelten worden stroken, bijvoorbeeld als vrije werkgang of wendakker, onbeteeld gelaten. Door op percelen met een hoofdteelt groenten van groep 1 of 2, sierteelt of boomkweek, die stroken in te zaaien met vanggewassen, wordt een alternatief aangeboden voor de vanggewasverplichting in gebiedstype 2 en 3.
Percelen of delen van percelen die omwille van andere bepalingen (bv. decreet integraal waterbeleid, Mestdecreet, beheerovereenkomsten, randvoorwaarden erosiebestrijding, …) niet mogen bemest worden, kunnen niet in deze equivalente maatregel opgenomen worden.
4. Afvoer oogstresten
Als landbouwers stikstofrijke oogstresten van het veld verwijderen, vermijden ze dat tijdens de najaars- of winterperiode stikstof vrijkomt uit de oogstresten en uitspoelt. De afvoer van oogstresten op percelen die na 15 september geoogst worden, kan als equivalente maatregel voor de vanggewasverplichting in gebiedstype 2 en 3 toegepast worden.
Hoge boetes bij niet-naleving
Aan de equivalente maatregelen zijn verschillende strenge voorwaarden verbonden. Bij het niet-naleven hiervan kunnen enerzijds boetes opgelegd worden, anderzijds kan de landbouwer het recht verliezen om het volgende jaar een equivalente maatregel toe te passen.
Concreet betekent dit:
- Bij het niet realiseren van het doelareaal vanggewassen via equivalente maatregelen is een administratieve geldboete opgelegd van 1000 euro vermenigvuldigd met het volledige doelareaal. Zelfs als een deel van het doelareaal is gerealiseerd, is de boete toch vermenigvuldigd met het totale doelareaal. Percelen waarop de voorwaarden van de equivalente maatregel niet zijn nageleefd, tellen niet mee voor het gerealiseerde areaal.
- Bij het niet naleven van de bepalingen van de equivalente maatregel ‘niet-nitraatgevoelige hoofdteelten op 80 procent van het bouwland’ (met uitzondering van de verplichte nitraatresidubepaling), wordt een boete opgelegd van 5 euro/kg werkzame N die teveel werd opgebracht in het kader van de gebiedsgerichte maatregel bemestingsvermindering.
- Als op de aangeduide percelen niet aan alle voorwaarden van de equivalente maatregel is voldaan, kan de landbouwer het volgende jaar geen equivalente maatregel aanvragen. Dat geldt ook als bij de nitraatresidubepaling van de equivalente maatregel ‘niet-nitraatgevoelige hoofdteelten op 80 procent van het bouwland’ de eerste drempelwaarde overschreden wordt.
Het is dus mogelijk dat de landbouwer op perceelsniveau niet voldeed aan de voorwaarden en daardoor in het volgende jaar geen equivalente maatregelen kan toepassen, terwijl hij toch zijn doelareaal realiseerde en dus geen boete kreeg. Omgekeerd geldt dat als de landbouwer aan alle voorwaarden op de aangeduide percelen voldeed, hij het volgende jaar opnieuw een equivalente maatregel kan aanvragen. Zelfs als hij zijn doelareaal niet kon realiseren met de equivalente maatregel en dus een boete kreeg.
Bron: VILT