Door de klimaatverandering zien we steeds meer extreme weerfenomenen, zoals hitte, droogte en zware regenval. Als we de opbrengst van landbouwgewassen, zoals de maisplant, op peil willen houden, moeten we dus op zoek gaan naar planten die beter kunnen omgaan met die extremen. Dit zou op korte termijn moeten gebeuren, maar conventionele veredelingsprogramma’s zijn erg arbeidsintensief en tijdrovend.
Onderzoekers van VIB-UGent en ILVO ontwikkelden daarom een methode om snel genen te kunnen identificeren die gelinkt zijn aan verbeterde agronomische kenmerken.
Onderzoek naar maisplant met CRISPR-Cas9 techniek
De wetenschappers maakten gebruik van een techniek genaamd CRISPR-Cas9. Die wordt ingezet om aanpassingen te doen in het genetische materiaal van organismen. Ze bewerkten 60 genen van maisplanten in alle mogelijke combinaties.
In verschillende planten introduceerden ze vervolgens 12 gewijzigde genen. Daarna kruisten ze de genetisch gemanipuleerde planten. Zo konden de onderzoekers snel genen identificeren die een invloed hebben op complexe agronomische kenmerken zoals opbrengst.
Project BREEDIT
Met dit project, dat luistert naar de naam BREEDIT, willen de onderzoekers sneller een grote collectie van genetisch gewijzigde planten aanmaken en vervolgens screenen welke planten een goede opbrengst kunnen opleveren bij extreem weer. Zo kan de opbrengst van landbouwgewassen ook in de toekomst gegarandeerd blijven.
Dit artikel is deels overgenomen uit het vakblad Varkensbedrijf.