Wat een aantal jaren geleden nog als toekomstmuziek werd afgespeeld, is inmiddels werkelijkheid. Dat werd duidelijk op de tweede Future Farming & Food Experience. De locatie van WUR Open Teelten in Lelystad was eind mei het decor voor de presentatie van Landbouw van de toekomst. Niet dat alle innovaties meteen op grote schaal zijn toegepast, maar dat de ontwikkelingen in volle gang zijn is duidelijk.
Als het gaat om ‘Boerderij van de Toekomst’ geeft Pieter de Wolf als projectleider van het WUR in Wageningen zijn visie en geeft de achtergrond van het project aan. “Een paar jaar geleden concludeerden we wat er op de landbouw afkomt in de komende tien tot vijftien jaar en dat we daar niet mee verder kunnen. We noemen de klimaatverandering, de bodemkwaliteit, de gewasbeschermingsmiddelen, de biodiversiteit. Maar ook feiten als arbeid en bedrijfsopvolging.” Dan gaat volgens de Wolf niet alleen de bodemkwaliteit achteruit, maar daarmee loop je ook een inkomensachterstand op, dat kun je met de huidige gewassen niet in stand houden. “Ook zie je dat de samenleving kritischer wordt, de landbouw moet weer perspectief krijgen. Daarop zijn we in 2019 begonnen met het project ’Boerderij van de Toekomst.” Onder ‘we‘ verstaat hij de minister van LNV, de provincie en mensen vanuit de WUR in Wageningen en Lelystad.
Welk landbouwsysteem is toekomstbestendig?
De vraag stellend van hoe zou het er uit kunnen zien in dit gebied leidt gelijk al tot het idee dat het regionaal opgezet moet zijn. En zo zijn ze begonnen in Flevoland met het maken van een ontwerp met boeren en andere mensen. De vraag die ze zich stelden was: welk landbouwsysteem is toekomstbestendig? Hiervoor hebben de partijen twintig hectare bij WUR Open Teelten in Lelystad tot hun beschikking om te testen. De Wolf noemt de bodemverdichting als een hele belangrijke uitdaging. Vaste rijpaden is de denkrichting, ook voor de zware machines, onder andere bij de oogst van aardappelen. Daarnaast werken ze aan duurzame gewasbescherming met minimale milieurisico’s aan andere bemestingen en dergelijke. Bodemverdichting en vaste rijpaden zijn dus wel belangrijke stippen aan de horizon, maar zeker niet de enige.
Boerderij van de Toekomst
Het project Boerderij van de Toekomst loopt nu voor het vierde jaar en trekt veel aandacht, niet alleen boeren, maar ook andere partijen als bijvoorbeeld ketenpartijen en overheden die komen met de vraag wat hun rol kan zijn. De deelnemende partijen zijn nu begonnen met de evaluatie om te zien of een maatregel als vaste rijpaden bijvoorbeeld verbetering van de bodemstructuur oplevert. De Wolf ziet echter ook praktische nadelen: je zit met het gewicht, je kunt het niet ploegen hoewel dit naar zijn idee ook niet echt nodig is en met de machines op het brede rijpadensysteem kun je niet over de weg.
Kortom, hij ziet het niet direct op grote schaal voor alle gewassen toegepast zijn in de praktijk. Wel levert het op de onbereden grond in principe een hogere opbrengst op. Uit vogeltellingen constateren ze bovendien een toename in het aantal soorten vogels, vooral omdat strokenteelt met verschillende gewassen en groenbemesters jaarrond voedsel en beschutting biedt voor allerlei vogels.
Onderzoeker Andries van der Meer is verantwoordelijk voor de data & precisielandbouw op het Fieldlab van Boerderij van de Toekomst in Lelystad. Met deze technologie probeert hij aan te tonen wat er mogelijk is met experimenteren. Het Fieldlab in Lelystad probeert de uitdagingen van de lokale omstandigheden op te lossen. Data en technologie, zoals verschillende sensoren en beslissingsondersteunende systemen maken om de bedrijfsvoering efficiënter en verminderen de input van het bedrijf.
Omstandigheden verschillen per regio
Het is duidelijk dat de omstandigheden per regio verschillen. Voor dit project kwamen er ook vragen uit de Veenkoloniën. Daarop is er dit jaar voor het eerst begonnen met een dergelijke opzet van tien hectare op de proefboerderij in Valthermond onder leiding van Brenda Timmerman-Pals. Zij zegt dat de vragen uit het hele land nagenoeg gelijk zijn, maar dat de uitdagingen verschillen. Zo is de veenkoloniale grond nogal stuifgevoelig en zit met een andere gewasrotatie met veel zetmeelaardappelen waar ze onderzoek naar willen doen.. Ook gaan ze daar proeven doen met een boostjaar, dat wil zeggen een rustjaar waar bijvoorbeeld tuteletoantjes (Gronings voor Afrikaantjes, red.) zijn geteeld. Het levert financieel niets op maar het draagt wel bij aan de verbetering van de bodemstructuur en het is een bestrijder van de aaltjes. Daardoor is het rendement van de aardappelteelt in het volgende jaar hoger.
In het veld
Tijdens de Future Farming & Food Experience was in het veld een uitgebreid programma futuristische werktuigen actief, van prototypes tot machines met al de nodige ervaring. En van dopaangestuurde spuitmachines tot geavanceerde schoffelmachines. Van deze laatste demonstreerde Abemec twee varianten, de Franse Naio is een elektrisch aangedreven autonoom werkende werktuigendrager, in dit geval een schoffelmachine die volledig zelfstandig zijn rondjes reed. Hij schoffelde op gps-rtk van nul tot twee centimeter nauwkeurig met cameragestuurde schoffels. Met zijn vier accu’s kan hij acht uren werken, maar als optie zijn twee extra accu’s leverbaar zodat hij tien uren kan vol maken. De Deense Robotti 150 D is een dieselaangedreven voertuig van 75 pk met een hef van een trekker en daardoor ook geschikt voor grotere werktuigen. Deze werkt evenals de Naio op gps met camera-gestuurde schoffels.
Dopspecifieke spuittechniek
BPLeap toonde een dopspecifieke spuittechniek opgebouwd op een Hardi-spuit, maar het systeem kan op alle merken zijn gemonteerd. In een perceel uien lieten zij zien hoe zogenoemde aardappelopslag feilloos werd herkend. Johan Kikstra: “Wij maken het mogelijk om op plantniveau te spuiten waarbij de afgifte per dop kan variëren.” Maar dat is niet het enige, als de basisafgifte is ingesteld zorgt de techniek dat de te verspuiten vloeistof overal constant is, zowel bij het wegrijden, het afremmen en ook in de bochten. Het gewas wordt zo ook in de binnenbocht en in de buitenbocht even gelijkmatig bespoten.
Tekst en beeld: Hendrik Begeman