De agrarische sector staat voor een uitdaging. Deze zal er in de toekomst anders uit moeten zien. Daar zijn boer Sjoerd Bartlema en Marthijs Roorda, medeoprichter en directeur van GreenInclusive, het met elkaar over eens. Bartlema heeft veel te maken met de duurzaamheidssector door zijn serviceonderhoudsbedrijf voor windmolens. Maar in zijn roots is hij boer en altijd opzoek naar innovaties voor een duurzamere bedrijfsvoering. Zo teelde hij in 2013 al voor het eerst hennep, en teelt dit jaar voor de tweede keer hennep voor GreenInclusive.
Volgens boer Bartlema en GreenInclusive is het telen van hennep een uitkomst, voor de boer én de bouw. Het Nederlandse grondstoffenakkoord houdt namelijk in dat we minder afhankelijk moeten zijn van fossiele grondstoffen uit het buitenland en zelf meer natuurlijke grondstoffen moeten gaan produceren, zoals hennep. Dit soort natuurlijke producten kunnen vervolgens in de bouw gebruikt worden. De nationale emissiedoelstellingen, die inhouden dat we onze CO2-voetprint substantieel moeten verlagen, spelen een steeds belangrijkere rol in de keuzes die de overheid en het bedrijfsleven kunnen of mogen maken. De lage CO2-uitstoot bij de teelt van hennep en de mogelijkheid om CO2 op te slaan in duurzame bouwproducten sluiten mooi aan bij deze opgaven.
Interesse in nieuwe innovaties
“Ik heb altijd al interesse gehad in nieuwe innovaties,” vertelt Bartlema. Al in 1993 kwam Bartlema in aanraking met windenergie. “Ik vond dit enorm interessant en ben begonnen als monteur. Omdat de boerderij te klein was om twee gezinnen te ondersteunen, ben ik daarmee verder gegaan.” En niet zonder succes. Ondertussen heeft Bartlema een serviceonderhoudsbedrijf voor windturbines . Het bedrijf heeft 300 turbines in onderhoud en 85 mensen in dienst.
Maar in zijn roots is hij verbonden met de agrarische sector. Zodoende nam hij in 2019 het melkveebedrijf van zijn ouders over. “Doordat ik ook in de windmolens zit, heb ik een andere kijk op duurzaamheid gekregen Daarom heb ik besloten om het agrarisch bedrijf om te schakelen naar geheel biologisch.” Omdat de boerderij met dertig hectare te klein is om een bedrijfsleider op te zetten, was het moeilijk te combineren met Bartlema’s serviceonderhoudsbedrijf. Daarom ging hij opzoek naar andere verdienmodellen. Omdat hij de voordelen van het telen van hennep al eerder had ervaren, én duurzaamheid erg belangrijk vindt, kwam hij bij GreenInclusive uit.
Vezelhennep een antwoord op maatschappelijke doelstellingen
“GreenInclusive bouwt nieuwe waardeketens, zet zich in voor meer verduurzaming, CO2-opslag en nieuwe, duurzame verdienmodellen in de agrarische sector,” vertelt Marthijs Roorda, medeoprichter van GreenInclusive. “De agrarische sector zal er in de toekomst anders uit komen te zien. Niet alleen qua uitstoot, maar ook het verdienmodel.”
De oprichters van GreenInclusive gingen opzoek naar een natuurlijke grondstof die in hoge mate CO2 opneemt gedurende de groei, waarmee je in aanmerking komt voor de subsidies vanuit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (glb), en waar tal van bouwproducten van gemaakt kunnen worden. “Vezelhennep is een van de antwoorden op deze maatschappelijke doelstellingen,” vindt Marthijs Roorda.
Hennep is een makkelijk en nuttig gewas
“Ik ben begonnen met het telen van hennep vanwege de positieve effecten op de grondkwaliteit,” vertelt Bartlema, “maar het is ook makkelijk te telen. Je hebt geen bestrijdingsmiddelen of kunstmest nodig omdat het zo snel groeit. Bovendien hoef je het ook niet te bewateren.” Dit houdt in dat je na het zaaien niet meer met de tractor het land op hoeft en dat is ook beter voor de bodem én het geeft weinig CO2-uitstoot.
Zo zijn er meerdere voordelen voor de grondkwaliteit. “De penwortel groeit tot een meter diep de grond in. Bij het maaien van de hennep blijft de wortel in de grond zitten. Hierdoor wordt er organisch stof toegevoegd aan de bodem. Ook wordt de grond luchtiger, wat goed is voor de wateropname en doorvoer,” legt Roorda uit.
“Als de zoden van de weides niet meer optimaal zijn, zaai ik hennep als rustgewas en grondverbeteraar. Hiermee verbouw ik zo’n vijf hectare hennep per jaar,” vertelt Bartlema. Hennep is ook erg geschikt als rust- of wisselgewas voor de akkerbouwer. Behalve de voordelen voor de grondkwaliteit, kan het ook na honderd dagen in augustus al geoogst worden. Dit houdt in dat na afloop alsnog een groenbemester gezaaid kan worden.
Een goed verdienmodel
“Wij streven we naar een beter verdienmodel voor de boeren. Zo maken we vooraf afspraken over de opbrengst. Dit kan omdat er weinig variatie zit in de opbrengst; zo’n zeven tot negen ton droge stof per hectare. Dit geeft zekerheid aan de boer,” vertelt Roorda. “We willen het voor boeren zo laagdrempelig mogelijk maken, mede daarom hebben we ook fors geïnvesteerd in landbouwmachines. Hierdoor zijn we in staat om het hele proces zelf uit te voeren, van zaaien tot maaien. De boer hoeft geen investeringen te doen om samen met ons de natuurlijke grondstoffen te kunnen telen,” vertelt Roorda.
Wat uniek is bij GreenInclusive, is dat boeren een extra vergoeding per ton droge stof kunnen krijgen. “Vezelhennep is niet alleen laag in CO2 tijdens de productie. Doordat wij bouwmaterialen zoals isolatiematten maken van de vezels van de hennep, wordt er zelfs CO2 vastgelegd. Hierdoor kunnen wij zogenoemde CO2-certificaten verkopen,” vertelt Roorda. “Alle opbrengsten van de CO2-certificaten gaan in zijn volledigheid terug naar de telers. Wij vinden het meer dan terecht dat de boeren het geld hiervoor krijgen. Want als de boeren de grondstoffen niet telen, bestaat deze mogelijkheid tot CO2-opslag niet. Zo creëren we meer waarde, wordt het aantrekkelijker voor boeren om aan te sluiten en zorgen we voor eerlijke ketens.”
“Genoeg kansen binnen de sector”
Hoewel er nu 25 procent van de plant als bouwmateriaal gebruikt wordt, is dat volgend jaar al 50 procent, waardoor er ook meer CO2-certificaten te verkopen zijn, met als doel 95 procent over een aantal jaar. Hierdoor verbetert het verdienmodel voor de boer nog meer. “Hennep wordt daardoor steeds interessanter om te gaan telen ten opzichte van andere gewassen. Daar doe ik graag aan mee omdat het volop kansen voor de sector biedt om een bijdrage te leveren aan duurzaamheid, en die moeten we benutten,” sluit Bartlema af.
RVO helpt bij de verduurzaming van de akkerbouw. In het nieuwe glb heeft vezelhennep een goede positie gekregen. Met vezelhennep ontvang je per hectare een hoog aantal punten en waarde voor de eco-regeling. Afhankelijk van de bedrijfssituatie kan de bijdrage vanuit het glb stijgen door de teelt van vezelhennep. Lees meer op rvo.nl/hennep-2023 en www.rvo.nl/eco-activiteiten.
Dit is een artikel uit de Akkerbouwkrant. Wil je deze thuis ontvangen? Klik hier.
Tekst: Hannah Jansen
Beeld: RVO