Zeer kleine mijten geven veel schade in de teelt van diverse bloemen, planten en zachtfruit. Biologische bestrijding is lastig, omdat roofmijten vaak te groot zijn. Daarom is er gezocht naar nieuwe bestrijders. Het beste resultaat werd behaald met een galmug in de teelt van tulpen en bromelia’s. Praktijktoepassing lijkt binnen handbereik, want de kweek van deze galmug is eenvoudig en goedkoop.
Ze zijn maar 0,2 mm groot, de gal- en weekhuidmijten die zorgen voor grote problemen in de teelt van uiteenlopende gewassen. Zo zorgt de tomatenroestmijt voor verkleuring van tomaten. De tulpengalmijt slaat toe tijdens de bewaring van tulpenbollen en zorgt later voor een schraal gewas. Bij ernstige aantasting komt de plant niet eens op. Bij bramen zorgen galmijten voor een slechte afrijping van de vrucht. En bij amaryllissen, bromelia’s en gerbera’s treedt bloemschade op door de mijten.
Roofmijten te groot voor bestrijding mijten
De mijtensoort verschilt, het gewas verschilt en de schade verschilt. De overeenkomst? De bestrijding van deze mijten is lastig, omdat ze zo klein zijn en niet met het blote oog waarneembaar. Bij biologische bestrijding is het probleem dat de roofmijtensoorten die momenteel beschikbaar zijn, te groot zijn. Daardoor komen zij niet op de plekken waar deze mijten verblijven.
In de natuur zijn er echter rovers die wel aangepast zijn om deze kleine mijten te eten. Dat was de aanleiding voor onderzoekers van Wageningen Plant Research om op zoek te gaan naar geschikte natuurlijke vijanden van deze probleemmijten.
Inheemse galmug veelbelovend
Er zijn binnen dit onderzoek zowel exotische als inheemse roofmijtsoorten gevonden die geschikt kunnen zijn als natuurlijke bestrijder. In het rapport dat recent werd gepubliceerd naar aanleiding van het onderzoek, zijn alleen de resultaten in amaryllis, tulp en bromelia opgenomen.
De meest veelbelovende resultaten gaf een kleine galmug, de Trisopsis tyroglyphi, die tijdens het onderzoek voor het eerst is gevonden in Nederland. De larven van deze mug bleken goede predatoren van zowel gal- als weekhuidmijten. Nadelen van deze galmuggen is dat ze zeer kwetsbaar zijn en maar 4 dagen leven.
Uiteenlopende resultaten
Per teelt verschilden de resultaten van de inzet van deze galmug als biologische bestrijder. Bij amaryllissen voedden de muggen zich in de bol met de mijten, maar mislukte een blijvende vestiging van de mug. Bij de bromeliateelt vestigde de mug zich in de bloemen, maar werd bestrijding van de mijten nog niet aangetoond. Bij tulpen was er volop succes, maar dan moest de galmug wel worden bijgevoerd met een voermijt.
Al met al lijkt de galmug een interessante nieuwe bestrijder voor weekhuid- en galmijten in tulp en bromelia. Goed nieuws is dat de kweek van deze galmuggensoort makkelijk en relatief goedkoop is. Ook is er al een ontheffing voor gebruik van deze muggen in de praktijk.
Bron: Groen Kennisnet