De Vlaamse Landmaatschappij (VLM) gaat de komende weken op vraag van Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir via een nieuw overlegmodel bouwen aan een nieuw en zevende mestactieplan (MAP 7). Net zoals bij het sociaal overleg is het daarbij de bedoeling dat de landbouw-, milieu- en natuurorganisaties op basis van eigen voorstellen tot een akkoord komen dat onze waterkwaliteit voldoende verbetert.
Maandag lieten enkele landbouworganisaties weten dat ze liever niet verder werken op basis van de eerste werktekst met maatregelen. Hoewel deze werktekst tot stand kwam na input van zowel wetenschappers, adviesraden als individuele landbouwers doorheen alle Vlaamse provincies, grijpt Demir het moment aan om een nieuw overlegmodel op te starten.
De minister reikt daarbij de hand uit naar alle betrokken middenveldorganisaties en overheidsinstanties om samen tot een akkoord te komen. Onder leiding van gedelegeerd bestuurder Toon Denys van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) startte dinsdag een overlegmodel op dat gebaseerd is op het sociaal overleg. Daarbij krijgen de landbouw-, milieu- en natuurorganisaties en de overheidsinstanties de tijd om op basis van eigen voorstellen tot een akkoord te komen. Dat moet tegemoet komen aan de doelstellingen uit de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn, en aanvaardbaar zijn voor de Europese Commissie. Als zij erin slagen tot een dergelijk akkoord te komen, zal dat hetgeen zijn wat de minister zal voorleggen aan de Vlaamse regering.
Eerste overleg
Een eerste overleg waarbij de methodiek werd toegelicht was gepland op dinsdag 8 november, om 16 uur. De VLM kreeg de rol van moderator en bewaakt de doelstellingen en de opmerkingen van de Europese Commissie. Tijdens deze vergadering vroeg men elke deelnemende partij de doelstellingen uit de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn te bevestigen. Dat is immers de vertrekbasis.
Enkel wanneer het niet lukt om via dergelijk overleg tot een akkoord te komen, zal de minister binnen de regering een eigen voorstel neerleggen. De minister roept alvast alle onderhandelende partijen op om zich van hun meest constructieve kant te laten zien. Dit in het belang van én de landbouw, én de waterkwaliteit in Vlaanderen.
Bron: VLM