Vijf Vlaamse partijen roepen de regering in een resolutie op om de initiatieven rond korte keten beter te ondersteunen. Het initiatief komt van oppositiepartij Groen, dat bij N-VA, CD&V, Open Vld en Vooruit steun vond voor de resolutie die gelanceerd werd bij aanvang van de Week van de Korte Keten. Naar aanleiding van deze feestweek voor de korte keten bracht Vlaams omgevingsminister Zuhal Demir zaterdag ook een bezoek aan een landbouwbedrijf in Oudsbergen.
Week van de Korte Keten
Van 15 tot 23 mei 2021 organiseren de vijf Vlaamse provincies, de Vlaamse overheid, het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) en het Steunpunt Korte Keten voor de vierde keer de Week van de Korte Keten. De week werd vorige maandag op gang geschoten tijdens een bezoek van Vlaams minister van Landbouw en Voeding Hilde Crevits (CD&V) en gedeputeerde Landbouw van de provincie Vlaams-Brabant Tom Dehaene (CD&V) aan familiebedrijf Van Haesendonck in Weerde.
De Week van de Korte Keten heeft tot doel om de bekendheid van de korte keten te verhogen. “Rechtstreeks bij de boer kopen staat voor verse, kwaliteitsvolle producten, die een korte weg hebben afgelegd en waarmee je de lokale economie ondersteunt. Het is ook de ideale manier om de lokale landbouw beter te leren kennen”, klinkt het. Korte keten kent vele vormen, zoals hoevewinkels, boerenmarkten, automaten op de hoeve, Buurderijen (Boeren & Buren), groenteabonnementen of zelfpluktuinen.
Invloed coronacrisis
Onder invloed van de coronacrisis vonden Vlamingen vorig jaar vlotter de weg naar de hoevewinkel. In het tweede kwartaal van 2020 is een toename van 88 procent genoteerd. Vooral varkensvlees, aardbeien en asperges gingen vlot over de toonbank. Over heel 2020 gezien groeide de omzet van de rechtstreekse verkoop op de hoeve en de boerenmarkten in Vlaanderen met 27 procent. Ook in de eerste drie maanden van 2021 zet die positieve trend zich door met een toename met 36 procent. Toch blijft het marktaandeel van de hoevewinkel met één procent heel bescheiden.
Resolutie om korte keten te ondersteunen
Omdat Groen wil dat Vlamingen ook na de lockdown naar hoevewinkels blijven gaan, heeft het een resolutie klaar die initiatieven rond de korte keten beter moet ondersteunen. Het vond daarbij steun bij N-VA, CD&V, Open Vld en Vooruit. “Ook na de lockdown willen we dat Vlamingen naar hoevewinkels gaan”, zeggen de initiatiefnemers. “Daarom moeten we landbouwers helpen die zich op de kaart willen zetten met korte keten-producten en op hobbels in de regelgeving stoten of met vragen blijven zitten over de economische haalbaarheid.”
Regering oproepen om de positie van de landbouwers in de keten te versterken
De tekst roept de regering op om de positie van de landbouwers in de keten te versterken via de ondersteuning van leefbare businessmodellen op maat. Proefprojecten van kennisinstellingen zoals het ILVO moeten worden uitgerold binnen de gangbare landbouwsector. De regering is ook gevraagd om structuren te ondersteunen die kunnen helpen de positie van de land- en tuinbouwer als prijszetter in de markt te versterken. De lokale productie moet beter bekend worden gemaakt bij de consument en er moeten gerichte opleidingen komen voor landbouwers om zelf een systeem van korte keten uit te bouwen.
“Het is een goede zaak dat mensen rechtstreeks bij een boer kopen”, zegt Chris Steenwegen van Groen. “Er ontstaat een vertrouwensband met de boer, die krijgt waardering en een goede prijs voor de producten. Die producten zelf zijn dan weer gezond, hebben er minder kilometers op zitten en hebben daardoor een kleine C02-voetafdruk.”
Demir bezoekt biologisch melkveebedrijf
Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) bezocht zaterdag de Tievishoeve in het Limburgse Oudsbergen naar aanleiding van de Week van de Korte Keten. De Tievishoeve is een biologisch melkveebedrijf met een eigen hoevewinkel en een bistro met ijssalon. De minister kwam vroeger al met haar vader naar het bedrijf van Johan en zijn familie om er rauwe melk te kopen, nu had ze zelf haar 3-jarige dochter bij omdat ze het belangrijk vindt dat die weet waar melk en vlees vandaan komen.
“Korte keten landbouw is landbouw dichtbij de Vlaming. Zonder voedsel, geen Vlaamse culinaire geneugten. Lokaal gekweekte asperges rechtstreeks van bij de boer, een hoevewinkel die producten verkoopt van verschillende landbouwers uit het dorp of onze supermarkten, die net zoals in Frankrijk, met trots producten van bij ons verkopen. Dat is voor mij de toekomst van onze lokale boeren en ook dé vorm van landbouw met een groot draagvlak”, klinkt het.
Ze noemt de korte keten ook een manier van verkopen waarbij er rechtstreeks contact is tussen producent en consument. “Op die manier kan de lokale landbouwer zijn prijs, de productiemethode en het aanbod zelf bepalen. Met zo’n transparant systeem is hij niet enkel de ambassadeur voor zijn product maar voor de hele korte keten. Als consument krijg je in ruil verse en kwaliteitsvolle producten recht van bij de boer.”
Door de stikstofproblematiek geen ruimte voor “industriële landbouw”
Volgens de minister wijst de stikstofproblematiek erop dat er in Vlaanderen geen plaats is voor “industriële landbouw”. “We hebben de laatste jaren een grote evolutie gezien en een grote toename van het aantal industriële megastallen. Ik denk dat iedereen die er een beetje verstand van heeft, beseft dat die oneindige groei van de veestapel niet kan en dat we de transitie gaan moeten maken naar een duurzame landbouw en kleinschalige familiebedrijven”, aldus de minister.
Bron: Vilt