Van den Herik onderzocht in zijn promotieonderzoek aan de Universiteit van Utrecht hoe het specifieke gen, genaamd StSP6A ofwel het knolgen, een sleutelrol speelt bij het verdelen van suikers en het vormen van knollen van aardappelplanten. Hoe planten de suiker, geproduceerd door middel van fotosynthese in de bladeren, verdelen blijkt een ingewikkeld proces.
Ze gebruiken computationele modellen van suikertransport en plantgroei, gekoppeld aan experimenten, om te laten zien dat StSP6A fungeert als een soort verkeersagent, die de suikerlevering naar knollen reguleert. Deze combinatie van methodes is nodig om echt te begrijpen wat de drijvende factoren in efficiënte knolgroei zijn.
Aardappelknollen efficiënter groeien
StSP6A zorgt ervoor dat aardappelknollen efficiënter groeien door de suikerlevering te optimaliseren. Naast het kickstarten van knolontwikkeling, verbetert het de levering van suiker in de aardappelknol en remt het ook de suikerstroom naar andere delen van de plant af, waardoor de knollen als het ware voorrang krijgen.
Dit alles gebeurt als een ingewikkeld samenspel van suikerconcentraties, transportsnelheden en genetische schakelaars. Interessant genoeg is StSP6A dus op verschillende momenten in de ontwikkeling en op verschillende locaties in de plant actief om de efficiëntie van suikerlevering naar knollen te verbeteren.
Verbeteren van aardappelen
Het begrijpen van hoe StSP6A werkt, opent de deur naar het verbeteren van aardappelen. Door te weten hoe de suikerverdeling beïnvloed kan zijn, kan men mogelijk de opbrengst vergroten en de kwaliteit van de gewassen verbeteren.
Bron: Universiteit Utrecht