Schimmelziekten zoals cercospora, maar óók meeldauw, roesten en ramularia, in suikerbieten, vragen de laatste jaren steeds meer aandacht. Dat komt met name door een combinatie van hogere temperaturen én een langere periode van warm weer. “Na half september kan er daardoor nog heel veel fout gaan. Wie de suikerbieten tot ver in het najaar oogst, ontkomt eigenlijk niet meer aan een late bespuiting met een robuuste fungicide tegen specifiek cercospora“, aldus Guus Bergmans, Technisch Productadviseur Akkerbouw van BASF.
De gevolgen van bijvoorbeeld een late cercosporabesmetting in suikerbieten kunnen volgens Bergmans desastreus zijn. Door hergroei zet de biet veel energie in bladmassa wat direct ten koste gaat van het suikergehalte. Een schade van een paar honderd euro per hectare, ontstaat dan zomaar. “Maar ook vroeg in het seizoen vraagt het gewas al een goede preventieve bescherming”, aldus Bergmans die het beschikbare pakket aan middelen in suikerbieten de laatste jaren in rap tempo terug zag lopen. Dat baarde hem zorgen. “Een hogere ziektedruk én een smaller pakket aan middelen maakte de teelt van suikerbieten steeds kwetsbaarder. We hadden écht behoefte aan een aanvulling die, naast een krachtige werking, ook een impuls is voor resistentiemanagement.”
Op de wenken bediend
Met de toelating van het nieuwe fungicide Diadem in suikerbieten wordt de sector volgens Bergmans op haar wenken bediend. Diadem is een combinatie van de twee werkzame stoffen Revysol en Xemium. Beide stoffen hebben in tal van andere producten hun preventief beschermende kracht ruimschoots bewezen. Extra waardevol is dat Xemium tot de groep van de SDHI’s behoort. Dat geldt voor geen enkel ander bietenfungicide. Uit oogpunt van resistentiemanagement is Diadem daardoor zeer waardevol. “Maar ook door de combinatie van verschillende werkzame stoffen in één product geeft Diadem extra zekerheid”, aldus Bergmans.
We wisten het zeker
Als Technisch Productadviseur Akkerbouw zit Bergmans al tientallen jaren boven op het onderzoek en de ontwikkeling van nieuwe producten. Alle proeven met nieuwe middelen en combinaties van middelen ziet hij als eerste. Wat hem opviel in de proeven waar Diadem in lag? De eerste weken na de bespuiting waren de verschillen met andere middelen en combinaties op het eerste oog verwaarloosbaar. Maar naarmate de tijd verstreek, zag Bergmans dat de proefveldjes waar Diadem was toegepast, eruit sprongen. “De krachtige duurwerking kwam in alle proeven steeds terug. We wisten daardoor vanaf het eerste moment al zeker dat we met iets moois bezig waren. En op basis van de ervaring met beide werkzame stoffen in andere producten, was dat eigenlijk ook geen verrassing meer.”
Resistentiemanagement als uitgangspunt
Om het gewas een schone en vlotte start mee te geven, adviseert Bergmans de Diadem helemaal vooraan in het schema te plaatsen in een dosering van 0,8 liter per hectare. De krachtige preventieve werking in combinatie met de duurwerking geeft het gewas vanaf het begin goede bescherming. Diezelfde filosofie heeft Bergmans aan het einde van het seizoen. “Bij de laatste bespuiting is de duurwerking wellicht nóg waardevoller. Het gewas moet schoon blijven tot aan de oogst. Dus ook daar zou ik Diadem in willen zetten.” De tussenliggende bespuitingen moeten – uit oogpunt van resistentiemanagement – bij voorkeur met producten uit verschillende groepen zijn.
Zuinig op zijn
Hoewel Bergmans heel blij is met de toelating van Diadem, kent hij ook de kwetsbaarheid van nieuwe middelen. “Met zo’n nieuw product kunnen we zeker weer een aantal jaren vooruitkijken. Alle schema’s waarin je het combinatieproduct Diadem toepast, worden er sterker van. Maar we moeten er ook heel zuinig op zijn en heel gericht toepassen.”